In de aanloop naar de Grote Donorshow van BNN stond heel Nederland op z’n kop, net als de wereld er omheen. Allerlei argumenten kwamen op de tafel, die allen aangaven waarom een dergelijke show niet door de beugel kan.
Ik had er zelf ook een ongemakkelijk gevoel bij. Hoewel ik steeds het idee had dat er een ‘addertje’ onder het gras zou zitten (“Zouden er nog twee donoren achter de schermen klaarstaan?” vroeg ik me af), durfde ik niet te geloven dat de gehele show ‘nep’ was. Ik heb me wel lang af lopen vragen waar ik nou precies zo’n moeite mee had.
Heel veel van wat er zou gaan gebeuren, gebeurt in het dagelijks leven in het ziekenhuis. Ook daar wordt gekozen wie langer voort kan leven, en wie niet. Tijdens de Grote Donorshow (en deels daaraan voorafgaand al) werd duidelijk gemaakt dat alle ontvangers van de donornier biologisch pasten bij ‘Lisa’, de vrouw die de nier wilde afstaan. Ze kwam over als een sterke vrouw die weloverwogen haar keus bepaald had. Haar ziekte, een hersentumor, was ongeneeslijk maar zou geen gevaar opleveren voor de kwaliteit van de nier. Dus: het kon en het mocht. En het gebeurt dagelijks.
Nu dus op televisie. Er werd een spelshow van gemaakt, waar de kijkers bij betrokken werden voor een ‘stemadvies’. ‘Lisa’ moest immers die avond een moeilijke keuze maken, waar ze wel wat hulp bij kon krijgen. Meerdere malen werd benadrukt dat zij het was die de keuze uiteindelijk maakte, niet het publiek. De vraag die dit oproept, is natuurlijk of dit allemaal wel op televisie vertoond moet worden. Volgens mij niet ((als het echt was geweest!)), maar dat is nog onvoldoende reden om er zo’n onbestemd gevoel aan over te houden.
Waar het verder om gaat, is dat in zo’n show de emoties zo hoog opgespeeld worden (heel goed gespeeld door de 19-jarige jongen die graag een nier wilde), terwijl er toch twee afvallers zullen zijn. Zij verliezen niet alleen de show, bij gratie van een gebrek aan populariteit ‘bij het volk’, maar eveneens een kans op een veel aangenamer en waarschijnlijk langer leven. Hoe om te gaan met deze twee verliezers, daar ligt voor mij het probleem van een dergelijke show. Ook in de werkelijkheid is de kans groot, dat één of meerdere van de drie aspirant-donornier-ontvangers komt te overlijden voordat hij of zij een nier krijgt. Maar dat deze dan zo dichtbij geweest is, dat weten ze dan niet. Alwetendheid is ook niet alles …
De politiek reageerde overigens overwegend negatief op de show, maar toch was daarbinnen een grote verscheidenheid aan reacties te zien. ((Daarbij moet ook opgemerkt worden, dat in het NRC-Handelsblad van donderdag een vooraanstaand deskundige op het gebied van niertransplantaties betoogde dat het praktisch helemaal niet kan, wat BNN wilde. Volgens hem zou geen enkele transplantatiekliniek hier aan meewerken. Maar het gaat me hier niet zozeer om praktische overwegingen, maar om de morele aspecten.)) Minister Plasterk (PvdA) was meerdere malen bijzonder eerlijk. Allereerst schreef hij de uitzending af als ‘onethisch’, zonder deze te willen verbieden. Vervolgens erkende hij voor de camera, dat hijzelf geen donor codecil had, maar dat hij nu op het idee gebracht was om dat wel snel te doen. “Door de show is er nu dus tenminste één donor bij” zei hij niet geheel zonder zelfspot. Achteraf was hij niet te beroerd om toe te geven dat ook hij voor de gek gehouden was. Plasterk noemde de show “een fantastische stunt” Atsma (CDA) heeft zich minder flexibel opgesteld. Hij was, net als Plasterk, tegen het uitzenden van de show. Hij stelde zich was feller op, maar dat hoort denk ik bij zijn rol van kamerlid. Achteraf kon hij de boodschap er echter nog steeds niet van inzien, maar bleef hij volhouden dat de show ongepast was.
Juist door een aanpak te kiezen die bijzonder ongepast is, heeft BNN veel aandacht weten te creeëren voor een groot probleem. 1,2 Miljoen kijkers hebben de show gezien. Het spelshow element werd stevig aangezet. We hadden een ‘donorseat’ en Lodiers sprak over ‘verliezers’. De muziek was dramatisch en de presentator hard. Juist doordat ikzelf (en ik hoop mensen met mij) met kromme tenen zaten te kijken, werd duidelijk waarom dit niet zo kan. We zouden niet genoodzaakt moeten zijn te kiezen. We zouden zo graag willen, dat er genoeg donoren zouden zijn.